Nationaal Zorgfonds

In het voorjaar van 2016 startte de SP een campagne voor een nieuw zorgstelsel in Nederland: het Nationaal Zorgfonds. De partij wil de marktwerking, de zorgverzekeraars en het eigen risico afschaffen. Het zorgfonds, onder aansturing van de overheid, neemt de rol van zorgverzekeraars over en gaat zorgen voor de zorginkoop.

Het Nationaal Zorgfonds kent geen keuzevrijheid uit zorgverzekeraars: iedereen heeft dezelfde basisverzekering en recht op dezelfde dekking en keuze uit ziekenhuizen en zorgverleners. De SP wil bovendien dat de basisdekking wordt uitgebreid met vergoedingen voor fysiotherapie, tandheelkunde en geestelijke gezondheidszorg.

Ruim 250.000 mensen hebben hun steun gegeven aan het Nationaal Zorgfonds.

Wat zijn de voor- en tegenargumenten?

In de politiek, de zorg en het bedrijfsleven klinken verschillende geluiden, zowel voor als tegen een Nationaal Zorgfonds. Volgens de vele critici van het Nationaal Zorgfonds is er geen goede financiële onderbouwing. Ook de meeste politieke partijen zien niets in de plannen van het SP.

Voorstanders zien de beweging juist als een groot succes waarin burgers eindelijk hun onvrede kunnen uiten tegen de marktwerking en bureaucratie in de zorg.

Wij zetten de belangrijkste argumenten voor én tegen een nationaal zorgfonds op een rij:

1. Voor

Door het afschaffen van het eigen risico komt er een einde aan de boete op ziek zijn en het mijden van zorg. Ook zijn er geen zorgverzekeraars die risicoselectie kunnen toepassen.

Afschaffing van het eigen risico kan worden bekostigd door de besparingen aan reclame-uitgaven, overhead en winst bij zorgverzekeraars (1,5 miljard), het aanpakken van woekerwinsten in de farmaceutische industrie (0,75 miljard) en het schrappen van onnodige regels en bureaucratie in de zorg (1,3 miljard).

1. Tegen

De financiële onderbouwing voor het afschaffen van het eigen risico is ondermaats en te kort door de bocht: ook bij een nationaal zorgfonds is er geld nodig voor informatievoorziening en overheidscampagnes. Ook zal er bureaucratie zijn.

Sterker nog, genationaliseerde zorgfondsen laten in andere landen juist veel meer bureaucratie en inefficiënte zien dan in Nederland het geval is: kijk bijvoorbeeld naar de NHS in Engeland. Tot slot heeft het aanpakken van farmaceuten niets met het zorgstelsel te maken. Aanpakken van medicijnbedrijven kan alleen op Europees niveau.

2. Voor

Er komt eindelijk een complete en toegankelijke basisverzekering: het basispakket wordt uitgebreid met fysiotherapie, GGZ en mondzorg. Dit wordt bekostigd door: een miljonairsbelasting, vergroenen van het belastingstelsel, of eerlijke belastingen voor banken en grote bedrijven.

Aanvullende verzekeringen worden vrijwel overbodig hierdoor.

2. Tegen

Ook zonder een nationaal zorgfonds kan het eigen risico worden verlaagd of het basispakket worden uitgebreid. Een nationaal zorgfonds bepleit tweedeling omdat er een privaat zorgcircuit zal ontstaan voor de rijkeren.

3. Voor

Het zorgstelsel in Nederland behoort tot één van de duurste in Europa. Andere stelsels waarbij de zorg centraler wordt geregeld, zijn veel goedkoper. Ook onze buurlanden zijn goedkoper.

Zorgverzekeraars hebben miljarden op de plank en keren miljoenen uit aan hun aandeelhouders. Dit over de rug van verzekerden.

3. Tegen

De campagne van het Nationaal Zorgfonds is gebaseerd op halve waarheden: er is geen gratis zorg.
De invoering van een Nationaal Zorgfonds en uitbreiding van het basispakket gaat buitensporig veel geld kosten: zo’n 4.000 euro per huishouden stelt het CPB. En in het plan van het Nationaal Zorgfonds is niet duidelijk waar dit geld vandaan moet komen.

Kortom: de burger krijgt de rekening door middel van fors hogere belastingen. Dat moet niemand willen.

Zorgverzekeraars mogen geen winst uitkeren aan aandeelhouders. Dit is bij wet verboden.

4. Voor

Een Nationaal Zorgfonds waarin alles centraal (via de staat) wordt geregeld is veel goedkoper dan een stelsel met concurrerende zorgverzekeraars. Uit cijfers blijkt dat onze zorgkosten zijn geëxplodeerd sinds de invoering van het nieuwe stelsel in 2005. Invoering van het huidige stelsel was een fout.

4. Tegen

De kosten van het nieuwe stelsel zijn juist lager dan die ten tijde van het ziekenfonds. Dat blijkt uit cijfers van CBS en DNB: In 2005 kostte de uitvoering van het stelsel 5,8 procent van de premies.

In 2015 maakten verzekeraars 3,8 procent aan kosten (basis- en aanvullende verzekering).

5. Voor

Het zorgstelsel in Nederland deugt niet en de zorg is in Nederland alleen maar slechter geworden. Het Nationaal Zorgfonds gaat de kwaliteit verbeteren, bijvoorbeeld door het afschaffen van selectieve contractering. Hierdoor krijgen de patiënten en zorgverleners het weer voor het zeggen.

5. Tegen

Volgens aanhangers van het Nationaal Zorgfonds zou het Nederlandse zorgstelsel niet deugen en zelfs minder goede zorg bieden dan landen als Jordanië en Sri Lanka. Het bewijs dat de aanhangers hiervoor gebruiken, deugt echter van geen kant: het gaat om een (NUMBEO) lijst die is opgesteld door middel van een zeer korte enquête onder 111 mensen. Dit zegt veel over het opportunisme van de aanhangers. Propaganda is het.

Selectieve contractsluiting, een belangrijk middel om de kwaliteit van de zorg te verbeteren, wordt overboord gegooid. Want met het zorgfonds kunnen kleinere streekziekenhuizen weer ingewikkelde operaties uitvoeren, waarvoor zij mogelijk helemaal niet de ervaring hebben.