In dit overzicht vind je de belangrijkste cijfers rondom de zorgverzekering in Nederland.
Zoals:
- Marktaandelen van verzekeraars
- Zorgpremie statistieken
- Polisinformatie
- Het aantal overstappers
Voor persvragen of toelichting ten aanzien van de gegevens en cijfers kun je contact met ons opnemen.
Zorgverzekeraars
Er zijn in Nederland 10 concerns die zorgverzekeringen aanbieden (01-01-2024). Deze zijn verdeeld in vier grote zorgverzekeraars en 6 kleinere partijen.
Concerns en marktaandelen
De vier grootste concerns (Achmea, CZ, VGZ en Menzis) hebben een gezamenlijk marktaandeel van 84,0 procent. Hun marktaandeel is - sinds de invoering van het huidige zorgstelsel in 2006 - geslonken vanaf circa 91 procent.
Concern | Aantal verzekerden (in miljoenen) | Marktaandeel (2023) |
---|
Achmea | 4,9 | 27,8% |
CZ | 4,0 | 23,0% |
VGZ | 4,0 | 22,7% |
Menzis | 1,8 | 10,5% |
DSW | 0,8 | 4,5% |
A.s.r. | 0,7 | 4,3% |
Zorg en Zekerheid | 0,5 | 2,9% |
ONVZ | 0,4 | 2,3% |
Eno | 0,2 | 1,1% |
EUCARE | 0,2 | 0,9% |
Verzekeraars en labels
Ieder verzekeringsconcern heeft één of meer verzekeraars en labels onder zich. Hieronder zie je precies wie bij wie hoort..
(klik voor een vergroting)
Deze infographic gebruiken? Dat mag met een bronverwijzing naar deze pagina.
Basisverzekering
De basisverzekering is verplicht voor de meeste mensen die in Nederland wonen of werken. De dekkingen van de basisverzekering staan beschreven in het basispakket.
Tussen basisverzekeringen kan onderling verschil zitten, met name in de keuze uit ziekenhuizen en zorgaanbieders voor planbare medische en geestelijke zorg.
Aantal polissen en verzekeraars
Er zijn in 2023 precies 59 basisverzekeringen in Nederland af te sluiten. Deze worden aangeboden door 20 verzekeraars en hun onderliggende labels.
Jaar | Aantal basispolissen | Aantal verzekeraars |
---|
2010 | 52 | 28 |
2011 | 56 | 27 |
2012 | 59 | 26 |
2013 | 67 | 26 |
2014 | 70 | 26 |
2015 | 71 | 25 |
2016 | 61 | 25 |
2017 | 58 | 24 |
2018 | 55 | 24 |
2019 | 59 | 24 |
2020 | 55 | 21 |
2021 | 57 | 20 |
2022 | 60 | 20 |
2023 | 59 | 20 |
Soort polis
Het aantal verzekerden met een naturapolis neemt de laatste jaren toe, terwijl het aantal verzekerden met een restitutiepolis juist sterk is afgenomen.
| 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|
Naturapolis | 75,7% | 75,7% | 76,1% | 77,4% | 76,1% | 76,8% |
Restitutiepolis | 19,2% | 18,9% | 18,3% | 14,9% | 9,7% | 4,7% |
Combinatiepolis | 5,1% | 5,5% | 5,5% | 7,7% | 14,2% | 18,6% |
Dit heeft te maken met drie kernfactoren:
- Het aanbod van restitutieverzekeringen neemt de laatste jaren af
- Restitutieverzekeringen gaan over in een combinatieverzekering
- Restitutiepolissen worden steeds duurder in verhouding met naturaverzekeringen
Collectieven
Een groot deel van de Nederlanders heeft een collectieve zorgverzekering, bijvoorbeeld via de werkgever, een patiëntenorganisatie of sportvereniging.
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 |
---|
70,5% | 68,9% | 67,5% | 67,4% | 66,6% |
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|
65,3% | 63,5% | 61,6% | 59,7% | 58,1% |
Zorgpremie
Iedereen in Nederland betaalt zorgpremie voor zijn/haar basisverzekering.
Gemiddelde nominale premie
De overheid stelt ieder jaar de nominale premie vast. Deze is opgebouwd uit 2 soorten premies, namelijk:
- De rekenpremie
- De opslagpremie
De rekenpremie wordt ieder jaar vastgesteld door het ministerie. De opslagpremie hangt af van de verzekeraar en betreffen de bedrijfskosten, inzet van reserves en de resultaten van de zorgactiviteiten.
Dit is de gemiddelde nominale premie in de afgelopen jaren:
Gemiddelde premie per polis
In 2024 kost een zorgverzekering gemiddeld 147,34 euro per maand, dat is een stijging van 9,04 euro ten opzichte van 2023.
Restitutiepolissen zijn over het algemeen een stuk duurder dan naturapolissen. Dit heeft te maken met de vrije zorgkeuze die er bij een restitutiepolis wel is en bij een naturapolis niet.
Premie collectief vs. individueel
Premie voor een gemiddelde individuele en collectieve polis.
| Individueel | Collectief | Verschil |
---|
2010 | € 1.127 | € 1.055 | € 72 |
2011 | € 1.226 | € 1.168 | € 57 |
2012 | € 1.241 | € 1.195 | € 46 |
2013 | € 1.230 | € 1.188 | € 42 |
2014 | € 1.111 | € 1.060 | € 51 |
2015 | € 1.164 | € 1.120 | € 44 |
2016 | € 1.206 | € 1.165 | € 41 |
2017 | € 1.289 | € 1.251 | € 38 |
2018 | € 1.299 | € 1.276 | € 23 |
2019 | € 1.366 | € 1.354 | € 12 |
2020 | € 1.373 | € 1.396 | - € 22 |
2021 | € 1.424 | € 1.460 | - € 36 |
2022 | € 1.459 | € 1.513 | - € 54 |
2023 | € 1.591 | € 1.650 | - € 59 |
Solvabiliteit zorgverzekeraars
De solvabiliteit zegt wat over de financiële middelen die zorgverzekeraars ter beschikking hebben. Deze reserves zijn noodzakelijk, zodat verzekeraars ook in lastige tijden direct aan betalingsverplichtingen kunnen voldoen.
Voor verzekeraars geldt een minimale solvabiliteitseis van 100 procent, maar alle verzekeraars zitten daar een stuk boven. Deze extra middelen worden vooral gebruikt om grote premieschommelingen op te vangen.
Hieronder het percentage van de minimale solvabiliteitseis per zorgverzekeringsconcern:
Concern | 2022 |
---|
Achmea | 147% |
a.s.r. | 124% |
CZ | 132% |
DSW | 128% |
Eno | 131% |
EUCARE | 134% |
Menzis | 122% |
ONVZ | 128% |
VGZ | 129% |
Zorg en Zekerheid | 151% |
Gemiddeld | 134% |
Eigen risico
Naast de zorgpremie geldt er voor de meeste zorgvormen een wettelijk verplicht eigen risico.
Hoogte eigen risico
Het verplicht eigen risico bedraagt 385 euro per kalenderjaar.
Sinds de invoering van het zorgstelsel in 2006 is het eigen risico een aantal keer fors gestegen. De grootste toename vond plaats tussen 2012 en 2013. Verzekerden betaalden toen in één klap 130 euro op jaarbasis meer. Sinds 2016 is het eigen risico gelijk gebleven.
Vrijwillig eigen risico
Steeds meer verzekerden kiezen voor een vrijwillig eigen risico, waarbij er een korting wordt ontvangen op de maandelijkse zorgpremie voor de basisverzekering.
2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 |
---|
5,9% | 7,0% | 9,7% | 10,7% | 11,7% | 12,0% | 12,2% |
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|
12,6% | 13,1% | 13,3% | 13,1% | 13,0% | 13,3% |
Aanvullende verzekering
Een aanvullende zorgverzekering dekt zorgvormen die niet of niet volledig worden vergoed vanuit de basisverzekering, zoals:
- Tandheelkundige zorg
- Fysiotherapie
- Alternatieve geneeswijzen
- Brillen en lenzen
Aantal verzekerden met aanvullende verzekering
Het aantal mensen in Nederland met een aanvullende zorgverzekering daalt. In 2006 had 93 procent van de verzekerden nog een extra verzekering boven zijn/haar basisverzekering. Nu is dat nog maar 82,5 procent.
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 |
---|
88,0% | 85,7% | 84,5% | 84,1% | 84,3% | 84,1% |
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|
83,6% | 83,7% | 83,2% | 84,9% | 83,5% | 82,5% |
Zorgtoeslag
De zorgtoeslag is een financiële tegemoetkoming voor de premie en het eigen risico dat zorgverzekerden betalen. De zorgtoeslag wordt overgemaakt door de Belastingdienst.
Grensinkomens
Alleen mensen met een relatief laag inkomen komen er voor in aanmerking voor zorgtoeslag. Er zijn twee grensinkomens, namelijk die voor alleenstaanden en voor fiscale partners:
Groep | Inkomen 2022 | Inkomen 2023 |
---|
Alleenstaanden | € 31.998 | € 38.520 |
Gezinnen/toeslagpartners | € 40.944 | € 48.224 |
Definitieve bedragen
Maximale zorgtoeslag
De maximale zorgtoeslag in 2023 bedraagt 154 euro per maand voor alleenstaanden en 265 euro per maand voor fiscale partners (gezinnen).
| 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|
Alleenstaanden | € 88 | € 94 | € 99 | € 104 | € 107 | € 111 | € 154 |
Gezinnen | € 170 | € 176 | € 192 | € 199 | € 207 | € 211 | € 265 |
Verzekerden
Er zijn circa 17,3 miljoen zorgverzekerden in Nederland (2023).
Aantal onverzekerden
Een kleine groep mensen in Nederland hebben geen zorgverzekering, terwijl zij hier wel wonen of werken. Deze groep wordt aangemerkt als onverzekerde.
Hoeveel mensen hebben geen zorgverzekering?
Een overzicht van het aantal onverzekerden:
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
---|
24.269 | 22.960 | 17.424 | 24.205 | 24.870 | 20.260 | 23.876 | 25.024 |
Aantal wanbetalers
Er zijn ook mensen die ten minste zes maanden lang geen zorgpremie betalen. Hun zorgverzekering wordt niet stopgezet, maar in plaats daarvan worden zij aangemeld als wanbetaler bij het CAK. Het aantal wanbetalers is de afgelopen jaren sterk afgenomen.
2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 |
---|
303.528 | 297.954 | 314.138 | 325.810 | 312.037 | 277.023 |
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
---|
249.044 | 223.714 | 202.702 | 189.652 | 170.221 | 158.980 |
Aantal overstappers zorgverzekering
Ieder jaar krijgen Nederlanders met een zorgverzekering de mogelijkheid om te wisselen van zorgverzekeraar. Daar wordt veelvuldig gebruik van gemaakt.
Overstappercentage per jaar.
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|
6,8% | 6,3% | 6,4% | 6,2% | 7,0% | 6,5% | 6,5% | 6,7% | 8,5% |
Voor 2022/2023 zijn er circa 2 miljoen wisselingen van zorgverzekering geweest. Echter is er officieel geen sprake van een overstap als de verzekerde switcht tussen de labels van dezelfde zorgverzekeraar, bijvoorbeeld van Zilveren Kruis naar Interpolis. De verzekerde zal dit overigens zelf wel als een overstap ervaren.
Een label is een merknaam waaronder een bepaalde modelovereenkomst wordt aangeboden.
Zorgkosten
We geven bijna 108 miljard euro uit aan geneeskundige en langdurige zorg in Nederland (voorlopig cijfer 2022). In 2021 was dit een vergelijkbaar bedrag en 11,1 procent van ons bbp.
Totale zorguitgaven
Ontwikkeling van de zorgkosten (geneeskundige en langdurige zorg) in de afgelopen 15 jaar.
Jaar | Zorguitgaven (in €) | % bbp** |
---|
2008 | 66,6 miljard | 9,3 |
2009 | 73,4 miljard | 10,0 |
2010 | 73,4 miljard | 10,2 |
2011 | 75,6 miljard | 10,2 |
2012 | 78,3 miljard | 10,5 |
2013 | 79,0 miljard | 10,6 |
2014 | 80,1 miljard | 10,6 |
2015 | 80,1 miljard | 10,3 |
2016 | 82,0 miljard | 10,3 |
2017 | 83,9 miljard | 10,1 |
2018 | 87,3 miljard | 10,0 |
2019 | 92,8 miljard | 10,1 |
2020 | 100,5 miljard | 11,1 |
2021* | 107,8 miljard | 11,2 |
2022* | 107,6 miljard | nog niet bekend |
Zorguitgaven geneeskundige en langdurige zorg | *voorlopige cijfers | **volgens internationale afbakening
Verdeling zorgkosten
Het grootste deel van onze zorguitgaven gaat op aan curatieve zorg. Dat is zorg die erop is gericht om ziekten en kwalen te genezen. Het gaat hierbij om acute én chronische aandoeningen. Vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw) wordt de curatieve zorg gefinancierd.
Bronnen
Voor het verzamelen van gegevens is gebruik gemaakt van onderstaande bronnen:
- Vektis, Zorgthermometer Verzekerden in Beeld: jaargang 2016 t/m 2023
- Nederlandse Zorgautoriteit (NZa): monitor zorgverzekeringen 2016 t/m 2022
- Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
- Het CAK
- Rijksoverheid.nl
- De Staat van Volksgezondheid en Zorg
Laatste update
Dit dossier is voor het laatst bijgewerkt op 15 november 2023