Het bestrijden van de eikenprocessierups gaat Nederland vele miljoenen euro’s kosten. Veel gemeenten, met name in Noord-Brabant, hebben nu al hun jaarlijkse budgetten voor bestrijding van de rups overschreden.  

Ook volgend jaar wordt het voor veel gemeenten een (financiële) puzzel om de rups effectief aan te pakken. Het aantal rupsen neemt dan (naar verwachting) zelfs verder toe.

De brandharen van de eikenprocessierups zorgen voor vervelende klachten bij mensen en dieren, zoals jeuk, uitslag en bultjes. Gelukkig is er genoeg wat je kunt doen om klachten te voorkomen en aan te pakken.

Waar zijn de problemen het grootst?

Op het kaartje hieronder krijg je een goed beeld van waar de problemen met de processierups het grootst zijn:

Volgens het Kenniscentrum Eikenprocessierups van de Wageningen Universiteit gaat het landelijk om honderden miljoenen rupsen in Nederland. Slechts een fractie hiervan wordt daadwerkelijk gemeld.

Kosten per gemeente

BN de Stem deed onderzoek naar de kosten ter bestrijding van de eikenprocessierups in verschillende Brabantse gemeenten.

In deze gemeenten wordt in 2019 het meeste geld uitgegeven:

1. Breda: € 100.000 (+ € 20.000 verwacht)
2. Meierijstad: € 71.500 (+ € 48.500 verwacht)
3. Oirschot: € 25.000 (+ € 75.000 verwacht)
4. Bergen op Zoom: € 40.000 (+ € 55.000 verwacht)
5. Den Bosch: € 87.000 (totaal verwacht)

Toename rupsen in 2020?

Er is in 2019 sprake van een enorme toename van het aantal eikenprocessierupsen in vergelijking tot voorgaande jaren. En in 2020 zal het aantal rupsen (en de overlast) waarschijnlijk nog hoger zijn, verwachten biologen.

Lees ook: hoe lang hebben we nog last van de eikenprocessierups?

Op dit moment verpoppen de rupsen namelijk tot vlinder. Iedere vlinder die paart, zet in de nazomer 20 tot 50 stukken eipakketten af op de boom. Deze overwinteren op de takken van de eiken. In het voorjaar komen de eitjes met nieuwe rupsen uit. De populatie rupsen groeit op deze manier nog sneller.

Daarnaast zijn er nog veel oude nesten van processierupsen. De brandharen die in de nesten liggen kunnen nog jarenlang voor overlast blijven zorgen.