search

Zoeken

Zorgwijzer: handicap en chronische ziekte

Mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking, of een chronische ziekte, krijgen tijdens hun leven vaker te maken met gezondheidszorg dan anderen. Door de hervorming van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) is er voor deze groep mensen echter veel veranderd. De AWBZ is overgaan naar een aantal nieuwe en bestaande wetten.--

Hervorming van de AWBZ


Die verandering neemt veel vragen en onduidelijkheden met zich mee. In deze zorgwijzer worden de vier huidige wetten besproken waar mensen met een verstandelijke/lichamelijke beperking of chronische ziekte mee te maken kunnen krijgen. Dit zijn:

  • De Wet langdurige zorg (Wlz)
  • De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)
  • De wet van de zorgverzekering (Zvw)
  • De Jeugdwet

Leefwijzer

Voor veel mensen is het nog steeds lastig om te bepalen bij welk loket zij terecht kunnen voor hun zorg- of hulpvraag en op basis van welke wet zij recht hebben op vergoeding van de juiste zorg.

In de vier hoofdstukken hieronder wordt per wet uitgelegd:

  • Welke zorg wordt geregeld
  • Hoe je toegang kunt krijgen tot de zorg, hulp en ondersteuning die in de wet is geregeld
  • Hoe de zorg en faciliteiten uit deze wet (kunnen) worden georganiseerd en bekostigd

Wlz

Sommige mensen met een (ernstige) beperking of chronische ziekte hebben 24 uur per dag intensieve zorg en ondersteuning nodig in de nabije omgeving. Er is dan altijd iemand in de buurt die de nodige zorg en begeleiding kan verlenen, bijvoorbeeld bij het toedienen van medicatie of hulp bij het wassen en aankleden. Het gaat vaak om mensen die in een zorginstelling wonen, maar dat hoeft niet.

Welke zorg wordt geregeld via de Wlz?

De Wlz organiseert en betaalt de zorg voor jongeren en volwassen die voortdurend intensieve zorg en begeleiding nodig hebben in de nabije omgeving, namelijk:

  • Behandeling bij de huisarts, tandarts, fysiotherapeut of psycholoog
  • Persoonlijke verpleging en verzorging
  • Dagbesteding (inclusief vervoer)
  • Hulpmiddelen, zoals een rolstoel of mediciatie
  • Verblijf en voeding
  • Huishoudelijke hulp in de woning

Hoe krijg ik toegang tot zorg uit de Wlz?

Burgers met een zorgvraag kunnen bij het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) terecht voor zorg uit de Wlz. In een gesprek wordt samen met de zorgbehoevende vastgesteld welke zorg en begeleiding nodig is. Zo'n gesprek kan samen met een familielid of begeleider gedaan worden.

Wlz

Het CIZ neemt na grondig onderzoek een besluit en maakt een zorgprofiel aan waarin staat:

  • Welke zorg je nodig hebt
  • Hoeveel zorg je nodig hebt
  • Hoe de zorg eruit ziet

Je krijg van het CIZ dan een officiële indicatie waarin staat dat je recht op zorg uit de Wlz.

In sommige gevallen krijg je geen indicatie, bijvoorbeeld als je eigen geen zorg vanuit de Wlz nodig hebt of daar (nog) geen recht op hebt. In dat geval kom je mogelijk wel in aanmerking voor ondersteuning vanuit de Wmo of persoonlijke verzorging en/of verpleging via de Zvw. Neem in dat geval contact op met de gemeente of een wijkverpleegkundige.

Hoe wordt de Wlz georganiseerd en bekostigd?

De organisatie en bekostiging van de Wlz valt onder de directe verantwoordelijk van de overheid (Ministerie van Volksgezondheid). De zorgkantoren, die voornamelijk regionaal werken, zijn verantwoordelijk voor de uitvoering. Een klein deel van de zorg financier je zelf middels een eigen bijdrage. Deze betaal je aan het Centraal Administratie Kantoor (CAK).

Nadat het CIZ een indicatie heeft afgegeven, zal je de keuze krijgen uit verschillende manieren waarop de zorg die je nodig hebt, kan worden georganiseerd en betaald:

  1. Zorg in Natura (ZiN): verblijf en behandeling in een zorginstelling. Deze zorginstelling levert en betaald de zorg die je nodig hebt op grond van jouw zorgindicatie. De meeste kosten worden voor je betaald, zoals verblijf, voeding, verzorging en begeleiding. Je betaalt een 'hoge' eigen bijdrage die is afgestemd op je inkomen en uitkering.
  2. Volledig Pakket Thuis (VPT): je verblijft thuis of bij je familie en de zorgkantoren regelen de verzorging, verpleging en begeleiding bij jou thuis.  Omdat je doorgaans zelf je huur en je boodschappen financiert, betaal je een 'lagere' eigen bijdrage, afhankelijk van je uitkering en inkomen.
  3. Persoonsgebonden budget (pgb): je verblijft thuis of samen met anderen en jijzelf (of iemand anders) koopt de zorg en ondersteuning in die je nodig hebt. Declaraties van zorgverleners dien je in bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) Zij zijn verantwoordelijk voor de uitbetaling van zorgaanbieders. Verder betaal je een 'lagere' eigen bijdrage, afhankelijk van je uitkering en inkomen.
  4. Modulair Pakket Thuis (PPT): je woont thuis of met anderen, maar regelt zelf, op basis van een pgb, een deel van de zorg die je nodig hebt. Een ander deel wordt voorzien van een zorgkantoor op basis van ZiN. De eigen bijdrage is vooral afhankelijk van je financiële situatie.

WLZ is er een overgangsregeling?

De overgang naar de nieuwe Wlz moet soepel verlopen. Daarom is er een overgangsregeling getroffen. Dit betekent dat:

  • Mensen die in een instelling of kleinschalig wooninitiatief wonen en een AWBZ-indicatie voor verblijf hebben, onder de Wlz vallen en hun recht op verblijf in de instelling behouden
  • Mensen met een hoog zorgzwaartepakket die thuis wonen en een AWBZ-indicatie hebben voor verblijf, recht behouden op zorg vanuit de Wlz en zorg thuis ontvangen via een pgb of VPT
  • Mensen met een laag zorgzwaartepakket die thuis wonen en een AWBZ-indicatie hebben voor verblijf, vallen niet per definitie onder de Wlz. Zij moeten voor 1 januari 2016 kiezen voor verblijf in een instelling (via de Wlz) of via zorg en ondersteuning thuis op grond van de Zvw en/of Wmo (via de zorgverzekeraar en/of gemeente)

Meer over de Wlz

Wmo

Leven met een beperking of chronische ziekte kan vaak lastig zijn. Soms is er daarom behoefte aan begeleiding, ondersteuning en/of dagbesteding. Mensen van 18 jaar en ouder, die zelfstandig of bij hun ouders wonen, kunnen zich dan beroepen op de Wmo. In deze wet staan regelingen die ervoor zorgen dat deze mensen toch zoveel mogelijk zelfstandig kunnen wonen en kunnen meedoen in de maatschappij. De gemeente is verantwoordelijk voor passende ondersteuning voor burgers met een hulpvraag.

Welke hulp wordt geregeld via de Wmo?

Via de Wmo kan er hulp en ondersteuning worden geboden, bijvoorbeeld aan mensen die vanwege een beperking dingen niet goed begrijpen, huishoudelijke taken niet goed kunnen uitvoeren, niet zelfstandig kunnen reizen en/of moeilijk contact leggen met anderen. Er kunnen dan verschillende voorzieningen worden getroffen:

  • Algemene voorzieningen, zoals openbaar vervoer, een buurthuis of boodschappenservice
  • Collectieve voorzieningen, zoals een regio- of rolstoeltaxi
  • Maatwerkvoorzieningen, zoals huishoudelijke hulp, hulp bij de administratie, aanpassing van de woning of een loophulpmiddel

Hoe krijg ik toegang tot hulp uit de Wmo?

Burgers met een hulpvraag kunnen terecht bij Wmo-loket van de gemeente. In een gesprek met een gemeenteambtenaar of iemand van een wijkteam kijk je samen welke ondersteuning je nodig hebt, wat je zelf kunt doen, wat familie of vrienden kunnen betekenen en welke voorzieningen er zijn die jou ondersteuning kunnen bieden. Er wordt ook onderzocht welke hulp het beste bij jou past en hoe je de ondersteuning van de gemeente wilt organiseren en financieren. Het is van te voren raadzaam om in kaart te brengen hoe je jouw hulpvraag wilt bespreken met de gemeente

Wmo

Er wordt een volledig verslag gemaakt en aanvraag/voorstel gemaakt voor één of meer voorzieningen. De gemeente neemt aan de hand van het gesprek en het onderzoek een besluit over het treffen passende ondersteuning. Als hulpbehoevende ontvang je via de post een zogenaamde beschikking van de gemeente waarin staat welke voorziening(en) je krijgt en hoe lang en hoeveel uur per week of per maand er gebruik van kan worden gemaakt.

Hoe wordt de Wmo georganiseerd en bekostigd?

Gemeentes zijn verantwoordelijk voor de organisatie en bekostiging van de Wmo. Daarnaast hebben burgers de mogelijkheid om hun ondersteuning op een bepaalde manier te organiseren, namelijk via ZiN of een pgb. Dit werkt op een vergelijkbare manier als bij een Wlz-indicatie. Je ontvangt de hulp direct of je koopt de hulp zelf in aan de hand van een eigen budget. Voor maatwerkvoorzieningen betaal je, afhankelijk van je inkomen en uitkering, ook een eigen bijdrage aan het CAK.

WMO is er een overgangsregeling?

Heb je tot en met eind 2015 of langer een indicatie voor bepaalde hulp en begeleiding vanuit de AWBZ die eigenlijk per 2015 onder de Wmo valt? Dan geldt er een overgangsregeling. Je blijft in het overgangsjaar (2015) gebruik maken van de voorzieningen en ondersteuning waar je op grond van de indicatie recht op houdt.

Meer over de Wmo

Zvw

In de Zorgverzekeringswet (Zvw) staat dat mensen met een beperking of chronische ziekte recht hebben op zorg aan huis, namelijk, persoonlijke verpleging en verzorging (wijkverpleging). Dit zijn bijvoorbeeld mensen met een zintuiglijke beperking (blinden en doven) of chronisch zieken die thuis hulp nodig hebben bij het aankleden, wassen of bij het toedienen van medicatie en het verzorgen van wonden.

Welke zorg wordt geregeld uit de Zvw?

Naast de bekende verstrekkingen uit het basispakket, zoals geneeskundige zorg, specialistische zorg, verloskundige zorg en psychologische zorg, zijn er ook een aantal voormalige AWBZ-taken opgenomen in het basispakket, namelijk:

  • Persoonlijke verzorging en verpleging aan huis (wijkverpleging)
  • Behandeling van zintuiglijke gehandicapten
  • Palliatieve zorg

Hoe krijg ik toegang tot zorg uit de Zvw?

Als we spreken over zorg vanuit de Zvw dan kan dat gaan over wijkverpleging en verzorging of medische zorg. Toegang tot medische zorg, bijvoorbeeld bij ziekte, geschied doorgaans via de huisarts. De arts kan aan de hand van een bezoek (en een evt. onderzoek) geneesmiddelen voorschrijven, en indien nodig, verwijzen naar een specialist. Als het gaat over andere zorgvraag, namelijk persoonlijke zorg en (wijk)verpleging wordt de wijkverpleegkundige (van de thuiszorginstelling) aangesproken.

Zorgverzerkeringswet

In een gesprek met de verpleegkundige wordt bepaald welke zorg je nodig hebt (bijvoorbeeld hulp bij het opstaan en aankleden) en hoe deze kan worden georganiseerd.

Hoe wordt de Zvw georganiseerd en bekostigd?

De zorgverzekeraar is verantwoordelijk voor het inkopen van zorg die valt onder de zorgverzekeringswet. Er wordt bijvoorbeeld zorg ingekocht bij thuiszorginstellingen, ziekenhuizen en therapeuten. Persoonlijke verpleging en verzorging kunnen normaliter op basis van een pgb of via ZiN worden georganiseerd. Dit kun je met de wijkverpleegkundige en de zorgverzekeraar bespreken. Je betaalt geen eigen bijdrage, maar wel een eigen risico. Dit is hetzelfde eigen risico die geldt voor de zorgverzekering bij jouw zorgverzekeraar.

Zvw is er een overgangsregeling?

Mensen met een AWBZ-indicatie voor enkel persoonlijke verzorging en/of verpleging hebben in 2015 automatisch te maken gekregen met de Zorgverzekeringswet.

Meer over de Zvw

Jeugdwet

Kinderen en jongeren onder de 18 jaar hebben bij een zorgvraag recht op zorg, hulp en begeleiding vanuit de Jeugdwet. Dit zijn bijvoorbeeld kinderen met een verstandelijke of lichte lichamelijke beperking die tijdelijke of langere tijd zorg en ondersteuning nodig hebben. Kinderen met een ernstigere of meervoudige beperkingen vallen onder de Wlz.

Jeudgwet

Welke zorg wordt geregeld via de Jeugdwet?

Vanuit de Jeugdwet zijn verschillende vormen van zorg en begeleiding mogelijk, namelijk:

  • Hulp bij opvoedingsproblemen
  • GGZ
  • Bepaalde soorten zorg, bijvoorbeeld bij een lichamelijke of verstandelijke beperking
  • Begeleiding (individueel of in groepsverband)
  • Vervoer bij begeleiding
  • Kinderbescherming
  • Gesloten jeugdzorg

Hoe krijg ik toegang tot zorg uit de Jeugdwet?

Toegang tot regelingen en voorzieningen uit de Jeugdwet kan per gemeente verschillen, namelijk:

  • Via een wijkteam van de gemeente en/of;
  • Via een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en/of;
  • Via verwijzing van een huisarts, jeugdarts of specialist.

Informeer bij jouw gemeente hoe je toegang kunt krijgen tot jeugdhulp. Je hebt hoe dan ook te maken met deskundigen die kunnen helpen vinden naar de juiste hulp voor jou of jouw kind.

Hoe wordt de Jeugdwet georganiseerd en bekostigd?

Net als bij de Wmo kan zorg en ondersteuning via een pgb of met ZiN gerealiseerd worden. Na het 18e levensjaar wordt de zorg overgenomen uit één of meerdere van de wetten die hierboven besproken worden.

Jeugdwet is er een overgangsregeling?

Het jaar 2015 is ook voor de jeugdzorg een overgangsjaar. Dat wil zeggen dat kinderen en jongeren die in 2014 al jeugdhulp en/of jeugdzorg ontvingen op grond van een indicatie, in 2015 recht behouden op dezelfde zorg. Voorwaarde is wel dat de gegeven indicatie ook in 2015 geldig is.

Meer over de Jeugdwet

Sport en handicap

Sport kan voor mensen met een beperking een zeer waardevolle vorm van tijdsbesteding zijn: het draagt bij aan de zelfstandigheid en zelfwaardering. Daarnaast zorgt sport voor plezier en ontspanning en zijn er allerlei gezondheidsvoordelen. Ook in sociaal-maatschappelijk opzicht zijn er voordelen: betrokken zijn bij een vereniging, een sport beoefenen op het eigen niveau en het in contact komen met nieuwe mensen.

Kortom, voor alle mensen met een beperking is het essentieel dat zij de mogelijkheid krijgen om te sporten. Gehandicaptensport Nederland (voorheen Nebas) zet zich ervoor in om sport voor mensen met een beperking breed toegankelijk te maken.

Aanpassingen

Vaak kan de sport gewoon worden uitgevoerd volgens de reguliere spelregels, eventueel aangevuld met hulpmiddelen of aangepast materiaal. Gehandicaptensport wordt vaak onderverdeeld voor mensen met een lichamelijke, verstandelijke, visuele of auditieve beperking.

Populaire sporten voor mensen met een beperking zijn:

  • Voetbal
  • Zwemmen
  • Atletiek
  • (Rolstoel)basketbal

Onderwijs en handicap

Sinds augustus 2009 is er een nieuwe wet waarin staat dat iedereen met dyslexie, een handicap of chronische ziekte recht heeft op gelijke behandeling in het onderwijs. Hiertoe behoort het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, praktijkonderwijs, beroepsonderwijs en wetenschappelijk onderwijs. In de wet staat onder meer dat discriminatie is verboden, bijvoorbeeld in het kader van:

  • Toegang tot onderwijs
  • Aanbod van onderwijs
  • Afname van toetsen en examens
  • Afronding van studies en cursussen

Klacht melden?

Heeft u een klacht op grond van de Wet gelijke behandeling handicap of chronische ziekte? Dan kunt u terecht bij het College voor de Rechten van de Mens.

Juridisch steunpunt

Het Juridisch Steunpunt Regelrecht was een samenwerking tussen de Chronisch zieken en Gehandicapten Raad (CG-Raad), Platform VG en Stichting de Ombudsman. Het steunpunt werd vertegenwoordigd door een team juridisch specialisten. Zij gaven informatie, advies en juridische ondersteuning aan mensen met een handicap of chronische ziekte. Het steunpunt en de website zijn opgeheven.

Inmiddels heeft Ieder(in) samen met de koepels NPCF en LPGGz een nieuw steunpunt opgezet voor mensen met een beperking of chronische ziekte die juridische ondersteuning nodig hebben. Dit steunpunt is in eerste instantie bereikbaar middels het Nationaal Zorgnummer. Dit nummer kunt u gebruiken voor vragen over uitkeringen, zorg, wonen, vervoer, onderwijs en bescherming van uw recht. Indien nodig zullen de medewerkers u doorverwijzen naar het Juridisch Steunpunt. Deze instantie kan zelfstandig onderzoek doen naar uw situatie en u advies geven bij meer complexere gevallen.

Nationale Zorgnummer

0900 - 2356780 (20 eurocent per gesprek)

Contactgegevens Juridisch Steunpunt

Juridisch Steunpunt
Postbus 169
3500 AD Utrecht